Rome, 28 april 2025 – Op dit moment zijn er volgens de meeste vaticanisten drie serieuze zwarte kandidaten voor het pausambt: Robert Sarah, Peter Turkson en Fridolin Ambongo Besungu.
door Christian van der Heijden
Het Italiaanse woord papabili is een aanduiding van kardinalen van wie gedacht wordt dat zij kans maken op het pausschap. Het Vaticaan zelf gebruikt die term niet, aangezien alle kieskardinalen passief stemrecht hebben. Overigens niet alleen de deelnemers aan een conclaaf kunnen gekozen worden; in theorie is iedere gedoopte man verkiesbaar.
Afrikaans
In veel media wordt de vraag gesteld of de Kerk rijp is voor de eerste Afrikaanse paus. Daarmee wordt als het goed is bedoeld een man uit Sub-Saharaans Afrika, want er zijn in het verleden al een aantal Afrikaanse bisschoppen van Rome geweest, te weten Victor I (2de eeuw), Miltiades (311-314) en Gelasius I (492-496), maar zij kwamen uit Noord-Afrika.
De vraag is nu: welke Sub-Saharaanse Afrikanen zijn papabel? Drie namen worden op diverse websites vaak genoemd: Robert Sarah (79), Peter Turkson (76) en Fridolin Ambongo Besungu (65).

Emeritus prefect
Kardinaal Robert Sarah, een curieprelaat uit Guinea, is een van de favorieten van de behoudende factie, vooral van degenen die niet zo veel op hadden met paus Franciscus. Meer dan 84 procent van de kieskardinalen is echter door de Argentijnse paus gecreëerd, vaak omdat zij – om met Franciscus te spreken – ‘herders zijn die ruiken naar hun schapen’. Als sommige van hen op Sarah gaan stemmen, zouden ze dan stiekem een hekel aan Franciscus’ beleid hebben gehad? Het lijkt dus onwaarschijnlijk dat minstens twee derde van het kiescollege hem zal aanwijzen als hoofd van de Katholieke Kerk. Bovendien is Sarah al sinds 2021 met emeritaat als prefect van de Romeins liturgie-autoriteit, wat betekent dat hij al bijna vier jaar geen zware verantwoordelijkheden meer draagt.
Turkson ook papabel in 2013
Peter Kodwo Appiah Turkson heeft nu de leeftijd die kardinaal Bergoglio had toen die in 2013 als paus aantrad. Ook toen gold de charmante Ghanees als papabile.
Turkson was een van de drijvende krachten achter de redactie van Laudato si’, de encycliek die een ecologische ethiek integreerde in de katholieke sociale leer. Franciscus maakte hem in 2016 prefect van een groot fusiedepartement, het Dicasterie voor de Integrale Menselijke Ontwikkeling.
Toch schittert zijn ster niet meer zo krachtig als tien jaar geleden. Turkson werd drie jaar geleden om onbekende redenen door Franciscus op een zijspoor gezet. Kort daarop werd hij aangesteld als kanselier van de Pontificale Academie van Wetenschappen en Sociale Wetenschappen.
Wat Turkson voor heeft op andere kandidaten is dat hij beroemd is. Ook alle kieskardinalen weten dus wie hij is.
Herder en pauselijk raadgever
Fridolin Ambongo Besungu is de voornaamste Afrikaanse katholieke geestelijke. Hij is aartsbisschop van Kinshasa, Democratische Republiek Congo (DRC). Daarnaast is hij voorzitter van het Symposium van Bisschoppenconferenties van Afrika en Madagaskar (SECAM).
Paus Franciscus had veel respect voor hem. In 2020 maakte de Heilige Vader hem lid van zijn Raad van Kardinalen. Daardoor kreeg Ambongo Besungu ervaring op het hoogste niveau in het besturen van de wereldkerk.
De Congolees staat bekend om zijn uitgesproken verdediging van sociale rechtvaardigheidskwesties, in het bijzonder met betrekking tot mensenrechten, politieke corruptie en milieuproblemen in de DRC. Hij is een belangrijke stem geweest voor vrede en democratische hervormingen in Sub-Saharaans Afrika en heeft zich vaak uitgesproken tegen politieke onderdrukking en geweld in zijn eigen land.
Homoseksualiteit
De aartsbisschop van Kinshasa is wars van de ‘decadente’ westerse moraal, vooral op het gebied van homoseksualiteit. Het opdringen van die moraal heeft hij geregeld als ideologisch kolonialisme aangemerkt. Ambongo had zich fel verzet tegen Fiducia supplicans, een op 18 december 2023 uitgebrachte ‘verklaring’ van het Dicasterie voor de Geloofsleer. In januari 2024 gaf hij als SECAM-voorzitter een samenvatting van de resultaten van een enquête onder alle bisschoppen in Afrika en Madagaskar. Daaruit bleek dat zij in grote meerderheid de door Rome toegestane zegening van homoseksuele paren afwezen, maar dat zij tegelijkertijd de eenheid met de paus wilden bewaren. Volgens kardinaal Ambongo zat niemand in Afrika te wachten op een Vaticaanse uiteenzetting over het verschil tussen liturgische en pastorale zegeningen; dat er in het Westen sprake mag zijn van een behoefte aan een pastorale zegen voor homoparen, wil niet zeggen dat deze dan ook in niet-Westerse culturen moet worden toegepast. Ambongo beweerde dat het Dicasterie voor de Geloofsleer met Fiducia supplicans een schokgolf en misverstanden in de Kerk van Afrika teweeg had gebracht, evenals onrust onder de gelovigen en zielzorgers. Paus Franciscus stelde hem gerust en zei dat de Afrikaanse kerken niet aan het stuk gehouden zijn.
Ambongo’s kandidatuur is serieus door de volgende factoren: hij kan een stem zijn van heel het Zuiden; hij vertegenwoordigt de groeiende katholieke bevolking in Afrika; hij heeft uitgebreide pastorale ervaring; hij heeft ervaring als adviseur van de paus op het hoogste niveau; hij staat bekend om zijn sterke pleitbezorging voor sociale rechtvaardigheidskwesties, wat hem aantrekkelijk maakt bij de progressieve factie; hij is door zijn afkeer van de westerse seksuele moraal ook acceptabel voor de conservatieven.
Papa Cappuccino
Het zou niet de eerste keer zijn dat volgelingen van Sint-Franciscus op de Stoel van Petrus terechtkwamen. Want er zijn in de geschiedenis vijf minderbroeders franciscanen en twee minderbroeders conventuelen paus geweest. Met Fridolin Ambongo Besungu als bisschop van Rome zou er echter voor het eerst een minderbroeder kapucijn aan het roer van de universele kerk komen te staan. Toen hij 20 was trad hij toe tot de kapucijnenorde.
Ambongo Besungu, Turkson en Sarah zijn niet de enige zwarte leden van het 135 kardinalen tellende kiescollege. En die komen uiteraard niet allemaal uit Afrika. Zo neemt ook Wilton Gregory (77), de emeritus aartsbisschop van Washington, deel aan het conclaaf, evenals Chibly Langlois (66) uit Haïti.
Misschien is het tot slot ook nog goed – je weet het maar nooit met de Heilige Geest – om de aartsbisschop van Tabora (Tanzania) te noemen: kardinaal Protase Rugambwa (64). Waarom? Omdat hij een charismatische man is, met veel ervaring in de Romeinse Curie en in het pastoraat. En hij is tegenover de ‘decadente’ westerse moraal milder dan zijn Congolese collega.
