Vaticaanstad, 24 januari 2021 – In de Sint-Pietersbasiliek is vanochtend de hoogmis gecelebreerd van de Zondag van het Woord van God. Paus Franciscus, die vanwege ischias verstek moest laten gaan, liet zijn homilie voor deze viering voorlezen door aartsbisschop Rino Fisichella, president van de Pontificale Raad voor de Nieuwe Evangelisatie. Daarin riep de Heilige Vader de gelovigen op eens wat meer hun mobiele telefoons uit te zetten en te lezen in het Nieuwe Testament.

Het is voor de tweede keer dat de Katholieke Kerk de derde zondag van de gewone tijd van de liturgische kalender in het teken stelt van de Heilige Schrift.

Lees: Franciscus zegt weer hoogmis af wegens ischias

Aartsbisschop Fisichella met evangelieboek

De Bijbel heeft een bijzondere kracht, waarmee Hij ons wil redden, schreef de paus. “Daarom, beste broeders en zusters, laten we het Woord van God niet verloochenen. Het is de liefdesbrief aan ons gericht, geschreven door Hem die ons als geen ander kent: door het te lezen horen wij zijn stem weer, zien wij zijn gelaat, ontvangen wij zijn Geest. Het Woord zorgt dat wij dicht bij God komen te staan; laten wij er ons dat niet van distantiëren”, las aartsbisschop Fisichella.

“Laten we het Woord altijd bij ons dragen, in onze zakken, op onze telefoons; laten we het een waardige plaats geven in onze huizen. Laten we het Evangelie op een plaats leggen waar we eraan denken het dagelijks te openen, misschien aan het begin en aan het eind van de dag, zodat tussen de vele woorden die onze oren bereiken, enkele verzen van het Woord van God ons hart bereiken”, aldus Franciscus. “Laten we de Heer om kracht vragen om de televisie uit te zetten en de Bijbel te openen; om de mobiele telefoon uit te zetten en het Evangelie te openen.”

De homilie van de paus werd afgesloten met een advies. “In dit liturgisch jaar lezen we het Marcus-evangelie, het eenvoudigste en kortste. Waarom lezen we het niet ook zelf, elke dag een kort stuk? Het zal ons het gevoel geven dat de Heer dicht bij ons is en het zal ons moed geven op de reis van het leven.”