07-11-2019

Het Platform Heldenwaardering deelt donderdag zeven onderscheidingen uit tijdens de Nationale Heldendag. Vice-premier Hugo de Jonge overhandigt de decoraties in de Glazen Zaal in Den Haag aan mensen die zich het afgelopen jaar hebben onderscheiden door hun moed.

Vier mannen worden geëerd voor de wijze waarop ze te werk gingen tijdens een woningbrand op 28 oktober 2018 in het Gelderse Ooij. Twee broers en hun stiefvader sloegen ramen in van een huis toen brand uitbrak in de keuken en wisten het vuur met een tuinslang te blussen. De destijds 75-jarige buurman opende de voordeur en probeerde de bewoner van het huis, die lag te slapen op de eerste verdieping, te bereiken. Door de zware rookontwikkeling lukte dat niet, maar hij slaagde er wel in de hoofdgaskraan dicht te draaien. Opgetrommelde hulpdiensten haalden de bewoner uit het huis.

Twee schilders uit Kampen kwamen op 10 juli dit jaar in actie toen een auto op de kop in het water belandde aan de Groenburgwal in Amsterdam. Ze sloegen met een lifehammer een ruit in en bevrijdden de bestuurder. Die klom zelf op de kant en nam de benen. De schilders zagen een tweede inzittende en probeerden haar samen met een omstander te bevrijden. Hulpdiensten haalden haar uiteindelijk uit de wagen en reanimeerden haar. Zowel de schilders als de omstander worden onderscheiden.

Het thema van deze vierde editie van de Nationale Heldendag is ‘Nederland omarmt zijn helden’. 

“In tijden van nood, geweld en aanslagen is het een geruststellende gedachte dat er ook mensen in onze samenleving zijn die, vaak met gevaar voor eigen leven, actie ondernemen als dat nodig is”, aldus de Stichting Carnegie Heldenfonds, die de Nationale Heldendag bekostigt. 

De stichting is genoemd maar de Schots-Amerikaanse staalmagnaat en filantroop Andrew Carnegie (1835-1919), die onder meer bijdroeg aan de bouw van het Vredespaleis in Den Haag.

In 1904 vond in de buurt van Pittsburg een mijnramp plaats die aan 178 mensen het leven kostte. Daarbij lieten ook twee mannen bij reddingspogingen het leven, hun vrouw en jonge kinderen achterlatend. Dat was voor Carnegie aanleiding om ‘The Carnegie Hero Fund Commission’ voor Noord-Amerika in het leven te roepen, met een door hem geschonken stichtingskapitaal van 5 miljoen dollar. 

De opdracht van deze stichting was: hen, die met gevaar voor eigen leven anderen het leven hebben gered, of ernstige pogingen daartoe hebben aangewend, te bevrijden van geldzorgen die het gevolg zouden zijn van hun heldenmoed, door het aan hen of hun nabestaanden verlenen van tijdelijke (financiële) ondersteuning.