2e Zondag van de Advent (a)

Mgr. Jan Hendriks

Kathedrale Basiliek St. Bavo, Haarlem



Lezingen:

Jesaja 11, 1-10

Romeinen 15, 4-9

Matteüs 3, 1-12




Ik denk dat we allemaal weleens onze mond dicht hebben gehouden omdat we niet zo goed durfden te spreken terwijl het eigenlijk wel goed was geweest als we iets hadden gezegd.

En dat het aan de andere kant misschien ook weleens is gebeurd dat we emotioneel werden en zaken hebben benoemd die we beter niet hadden kunnen zeggen. Niet alles wat waar is, is ook goed om te zeggen en niet alles is waar wat in de emotie van een bepaald moment in ons opkomt.



Soms is het nodig stevig te spreken,

soms is het beter te zwijgen,

soms is een middenkoers het beste en altijd zijn innerlijke vrede en onderscheidingsvermogen goede richtingwijzers om te kunnen begrijpen wat we hier en nu moeten zeggen of doen.



Vandaag ontmoeten we in het evangelie iemand die het wel durft te zeggen,een profetisch type: Johannes de Doper.

Een onaangepaste figuur, dat was Johannes toch wel een beetje met zijn kleed van kameelhaar, zijn menu van sprinkhanen met honing en zijn pittige boodschap aan de religieuze leiders van het volk, waarin hij in stevige bewoordingen afstand nam van hun manier van leven.



In ieder geval was hij niet bang om tegen de stroom in te gaan van de heersende klasse, om voor zijn overtuiging uit te komen en om de menigte mensen die naar hem uittrok naar Jezus Christus te verwijzen en naar de scheiding tussen kaf en koren die Jezus teweeg zou brengen.



Johannes stelde de mensen voor een keuze: Je moet je bekeren anders loopt het niet goed af.

Die mensen zijn zeldzaam. En er is moed voor nodig om zo te zijn.

We weten dat het met Johannes niet goed afliep; na kritiek op Koning Herodes en diens ongeoorloofde relatie met de vrouw van zijn broer, werd het lot van Johannes, gevangenis en later onthoofding…. Zijn kop ging eraf en zo gaat het vaker….



Mensen die durven spreken en opkomen voor waarheid en gerechtigheid zijn zeldzaam, zeker als ze daarmee gevaar lopen. Er is bijvoorbeeld moed voor nodig om in Iran voor rechten van vrouwen op te komen; veel meer moed dan wanneer we dat vanuit het veilige Nederland doen; en er is evenzeer moed nodig om in Qatar voor de uitgebuite gastarbeiders op te komen, meer dan wanneer we dit vanuit Nederland doen.



Er is moed voor nodig om klokkenluider te zijn, zeker als de positie van machtige mensen in het geding is. Het is nu eenmaal gemakkelijker om voor iets op te komen als iedereen dat al vindt, veel gemakkelijker dan wanneer we in een afhankelijkheidspositie verkeren en de waarheid ongemakkelijk is.

Toch is het goed te spreken met vrijmoedigheid.

Johannes kan ons inspireren om moedig te zijn en soms ook tegen de stroom in te gaan om voor de waarheid en recht op te komen.



Johannes de Doper sprak zich uit als man Gods. Hij kwam niet voor zichzelf, het was geen eigenbelang dat hij diende, maar het ging hem erom de weg van de Heer te bereiden, hij wilde de harten van mensen openen voor de komst van Jezus Christus.



Ook voor ons zijn dit vragen:

Spreek ik soms uit gekwetstheid of jaloezie, uit hoogmoed en eigenwaan, kwaadheid of afkeer?

Is het emotie of zuiver en oprecht?

Zoek ik mezelf, of is het vanuit een levende band met de Heer dat ik spreek?

Maar als we zuiver spreken voor de eer van God en het welzijn van mensen, laat niemand ons dan weerhouden!



Johannes sprak om mensen voor te bereiden op de komst van Jezus Christus;

Alles wat wij zeggen zou ertoe bij mogen dragen dat Jezus Christus zou kunnen heersen in onze harten.

Dan komt ook door onze inzet het Rijk der hemelen nabij!