Francine Oomen bemoedigde een hele generatie pubers met haar Hoe overleef ik- boeken. In haar laatste boek richt ze zich tot haar inmiddels volwassen lezers, jonge mensen die vaak kampen met mentale problemen. In De verwondering vertelt Francine hoe belangrijk het is dat we het kwetsbare kind – dat we allemaal bij ons dragen – niet verwaarlozen.
Francine Oomen biedt in haar boeken een inkijkje in haar binnenwereld. Ze leerde dat haar persoonlijkheid niet uit één stuk bestaat, maar dat ze allerlei stemmetjes heeft die samen haar persoonlijkheid vormen. Ze maakte geïllustreerde poppetjes bij die verschillende kanten.
Zo is er ‘Tang’, een vrouwelijke figuur die staat voor haar zelfkritische kant. ‘Tang zegt de hele tijd: je moet, je moet, je moet. Je moet bewijzen dat je mag bestaan.’
De kleine Francine
Er zijn nog veel meer poppetjes, bijvoorbeeld het kwetsbare deel: een klein meisje met haar armen om haar benen geslagen. ‘Ik zie een bang, kwetsbaar kind dat het koud heeft’, vertelt Francine aan Annemiek Schrijver.
‘Het kind heeft de conclusie getrokken: ik ben niets waard’. De kleine Francine kwam tot die conclusie doordat ze als kind misbruikt werd – net als haar moeder.
'Voel hoe het is om liefgehad te worden'
Belemmerende overlevingsstrategieën
Inmiddels heeft Francine geleerd om de verschillende kanten van haar persoonlijkheden aan het licht te brengen. Wanneer we onze kwetsbaarheden niet onder ogen durven zien, zullen we allerlei overlevingsstrategieën verzinnen die ons belemmeren, zegt Francine.
Hoe onze levensgeschiedenis ook is, we dragen allemaal een kwetsbaar kind bij ons dat zich geliefd wil voelen.
Francines hoopvolle boodschap is dat we allemaal het vermogen hebben om onszelf te helen, en daarmee ook de generaties na ons. De fantasie is daarbij een krachtig instrument. ‘Voel hoe het is om veilig te zijn, om gekoesterd te zijn, liefgehad te worden. Alleen al dat gevoel verandert iets in je brein.’