Vaticaanstad, 16 februari 2022 – De publieke reacties op de recente verontschuldiging van emeritus paus Benedictus (Joseph Ratzinger) geven, vooral in Duitsland, blijk van “een buitensporige vooringenomenheid” en deels van “een buitensporige onwetendheid van de feiten”. Dat zegt aartsbisschop Georg Gänswein, privésecretaris en huisgenoot van de voormalige pontifex in een recent interview met EWTN. De criticasters willen “de man in het hart raken”, terwijl het nu juist Benedictus XVI is geweest, die een echte start heeft gemaakt met de aanpak van pedocriminaliteit in de Katholieke Kerk.
De emeritus paus wordt vaak beschuldigd van iets dat in tegenspraak is met 25 jaar werk, aldus Gänswein. Uit de dossiers van het recentelijk gepubliceerde misbruikrapport van München blijkt ook dat Ratzinger, aartsbisschop van München en Freising van 1977 tot 1982, even weinig op de hoogte was van het pedofiele verleden van een in het bisdom toegelaten priester als van het feit dat hij later in de pastorale zorg werkzaam was.
Volgens Gänswein was Ratzinger reeds als kardinaal van de Romeinse Curie de “beslissende figuur” voor een mentaliteitsverandering in de Katholieke Kerk wat de aanpak van seksueel misbruik betreft. Als prefect van de Congregatie voor de Geloofsleer pleitte hij die alleen voor transparantie, maar zette hij “ook concrete stappen in die richting”, aldus Benedictus’ huisgenoot. “Je kunt zeggen dat hij de ‘vader van de transparantie’ is, en zo heeft hij paus Johannes Paulus II weten te overtuigen.”
De interviewer van EWTN vraagt of het rapport van het Münchense advocatenkantoor Westpfahl Spilker Wastl (WSW), misschien ook een politieke dimensie heeft. Daarop antwoordt Gänswein dat men zou kunnen speculeren of de timing van de publicatie verband houdt met de ‘Synodale Weg’ in Duitsland. Wat wel duidelijk is, is dat het hervormingsdebat van de Synodale Weg “iets beoogt wat de persoon van Benedictus in de weg staat”. Het is een gevaar om het misbruik te gebruiken om een weg in te slaan die “niet verenigbaar is met de openbaring en het katholieke begrip van de Kerk”.
In het interview heeft Gänswein nogmaals beschreven hoe de 82 pagina's tellende bekentenis van Benedictus in het medio januari gepubliceerde WSW-rapport over misbruik in het aartsbisdom München-Freising tot stand is gekomen. Hij verklaarde ook de herkomst van Benedictus' persoonlijke verklaring en de verklaring van zijn raadslieden, die drie weken later werden gepubliceerd.
De emeritus paus gaf toe een onjuiste verklaring te hebben afgelegd tegenover de onderzoekers. Hij had beweerd dat hij in 1980 als aartsbisschop niet aanwezig was bij een diocesane stafbijeenkomst. Daar zou zijn gesproken over de pedofiele priester H. Onderzoekers hadden verrast gereageerd op de bewering van Benedictus, omdat hij wel was geciteerd in notulen van de vergadering. Daarop liet Gänswein weten dat er sprake van een blunder was bij het opstellen van de verklaring van Benedictus. Er zou absoluut geen “kwade wil” in het spel zijn geweest.
Benedictus verwerpt “resoluut” beschuldigingen van wangedrag (8-2-2022)
Onder de Duitse criticasters van Benedictus is bisschop Gebhard Fürst van Rottenburg-Stuttgart. In een gisteren gepubliceerd interview met de Heilbronner Stimme omschreef hij de rol die de voormalige paus heeft gespeeld in het recente debat over de verwerking van het misbruikschandaal als “zeer betreurenswaardig” en “onverantwoordelijk”. “Ratzinger heeft zichzelf en onze kerk ernstige schade toegebracht”, aldus Fürst. Of deze schade kan worden hersteld is nog maar de vraag, zei de bisschop. “In de tussentijd heeft hij zich verontschuldigd, althans enigszins.” Op de vraag of Benedictus XVI van zijn titel moet worden ontdaan, antwoordde de bisschop: “Welnu, hij is niet langer paus, hij is officieel emeritus, maar bij het afscheid zei hij zelf dat hij nu pelgrim Benedictus is. Dat is hoe ik hem zie.”