Met gieters, sproeiers en emmers vol met drinkwater geven de meeste mensen hun planten water. Alleen is deze manier vaak hartstikke inefficiënt en kostbaar. De oplossing hiervoor is een eeuwenoude techniek die volgens BinnensteBuiten zijn comeback maakt: de olla. Maar wat is het? En wat zijn de voordelen?
Hoe werkt het?
Een olla is niets meer dan een ongeglazuurde aardewerk pot, ook wel een terracotta pot genoemd. Je graaft de olla (je spreekt het uit als ojja) in de grond en vult hem met water.
Door de poreuze structuur (het neemt als een spons overtollig water op) geeft de pot langzaam water af aan de grond eromheen. Zo krijgen je planten genoeg water, precies wanneer ze het nodig hebben.
Minder onkruid
Het gebruik van een olla heeft tal van voordelen. Ten eerste zorgt het voor een constant vochtige omgeving, waardoor je planten gelijkmatig kunnen groeien. Ten tweede groeien de wortels van de planten naar de pot toe om het water op te nemen.
Zo gaat er minder water verloren door verdamping en stroming, omdat het water onder de grond zit. En wist je dat het ook nog eens zorgt voor minder onkruid en een lossere bodemstructuur?
50-70 procent waterbesparing
Een ander groot voordeel van de olla is dat het waterbesparend is. Het kan je helpen om 50-70 procent water te besparen en tegelijkertijd de opbrengst van je tuin te verhogen.
Bovendien hoef je minder vaak water te geven, wat ideaal is voor kassen, bloembakken of vierkante meter-tuinen.
Hoe je zelf een olla maakt
Niet alleen is de olla een efficiënte en duurzame manier om planten water te geven; het is ook ideaal als je op vakantie bent. Met een gevulde olla hebben je planten genoeg water voor een hele week.
Het maken van een olla is vrij eenvoudig. Met de volgende vier stappen zet je er zelf eentje in je eigen tuin.
Alles weten over de herkomst van je eten, groene keuzes en recepten?
Schrijf je dan in voor de Groener eten & leven nieuwsbrief!
