St Lambert

Luik, 27 oktober 2023 - In de Belgische stad Luik is een onderzoek gestart naar de relieken van Sint-Lambertus. Hij was de laatste bisschop van het bisdom Maastricht, voordat de zetel aan het begin van de achtste eeuw naar Luik werd verplaatst. 

Bisschop Jean-Pierre Delville van Luik opende vorige week de reliekschrijn, waarin de botten van Lambertus worden bewaard. Deze worden nu door een forensisch patholoog onderzocht.

Encyclopedie: H. Lambertus van Maastricht

Sint-Lambertus is de patroon van het bisdom Luik, waartoe in het verleden ook grote delen van de huidige Nederlandse provincies Noord-Brabant en Limburg behoorden. 

Zijn reliekschrijn staat in de Sint-Pauluskathedraal van Luik. In die schrijn bevindt zich een kleine rode kist met de vermoedelijke resten van Lambertus. Deze kist werd door mgr. Delville onder grote mediabelangstelling geopend. Ten overstaan van vele camera’s sneed de bisschop de linten door die op hun plaats werden gehouden door de zegels van een van zijn voorgangers, mgr. Guillaume Marie van Zuylen. De bisschop onthulde vervolgens enkele van de beenderen, die nu gedetailleerd worden onderzocht door professor Philippe Boxho van de Universiteit van Luik.

In het kistje zaten vier glazen potjes waarin de beenderen zorgvuldig verpakt waren. Verder bevonden zich in het kistje ook documenten met beschrijvingen van eerdere momenten waarop de reliekschrijn werd geopend. Volgens een van de documenten werd de echtheid van de schedel van Sint-Lambertus in 1489 vastgesteld, een gebeurtenis die door andere historische documenten wordt bevestigd.

Na het ontcijferen van de verschillende documenten opende mgr. Delville enkele van de pakketjes. Een van de eerste conclusies die professor Boxho kon trekken op basis van het bekijken van de beenderen was dat een van de scheenbenen een duidelijke misvorming heeft, die zeer waarschijnlijk aangeboren is. Dat zou kunnen kloppen, want in de eerste levensbeschrijving van Sint-Lambertus, die relatief kort na zijn dood geschreven is (tussen 727 en 743), staat dat de heilige bisschop zich voortbewoog met behulp van een stok. De overblijfselen vormen samen geen volledig lichaam. Waarschijnlijk zijn er eerder stukken bot weggenomen om als relikwieën te verdelen.

De aandacht van het nieuwe onderzoek is vooral gericht op de schedel van Sint-Lambertus, of beter gezegd zijn schedelkap, die er volgens de lijkschouwer erg slecht aan toe is. De schedel bleek namelijk ingepakt in afdekmateriaal, dat normaal gesproken gebruikt wordt om jampotten af te sluiten. Mogelijk is dit gebeurd tijdens de opening in 1938. De schedel is hierdoor vervormd geraakt, maar de wetenschappers hebben goede hoop dat ze toch voldoende waardevolle conclusies uit hun onderzoek kunnen trekken.

Aanleiding voor het nieuwe onderzoek is dat de overblijfselen nog nooit eerder vanuit medisch oogpunt onderzocht zijn. De onderzoekers hopen nieuwe gegevens over zijn leven te kunnen ontdekken. De kans dat uit het onderzoek blijkt dat de relieken helemaal niet van Sint-Lambertus zijn, is overigens klein. Want er is vrij veel bekend over wat er met het lichaam van de in Maastricht geboren bisschop is gebeurd, sinds hij in 705 in Luik werd vermoord. Zo wisten de relieken aan allerlei oorlogen en plunderingen te ontsnappen.

bron: Bisdom Luik

De reliekkist wordt door mgr. Delville onder grote mediabelangstelling geopend.