2e Zondag door het jaar (c)
Pastoor Harry Notermans
St. Jozefkerk, Waubach-Landgraaf
Lezingen:
Jesaja 62, 1-5
1 Korinte 12, 4-11
Johannes 6, 41-51
Iedereen van ons kent het verhaal van de bruiloft van Kana. We weten al bij het begin dat het goed afloopt. Het wonder kennen we al en toch voelen we telkens opnieuw de verwondering.
Net zo bekend als het verhaal is, zo vreemd is het toch ook. Is de planning zo slecht geweest. Of de opkomst onverwacht hoog? Een Joodse bruiloft duurde meerdere dagen; dan moet je toch royaal inkopen? Of behoort het bruidspaar tot de echte minima die het niet lukt om in oosterse overvloed te trakteren – tot hun eigen schande?
We weten het antwoord op geen een van die vragen.
Wat wij wel weten uit eigen ervaring: er zijn helaas veel huwelijken waar op den duur de wijn opraakt – ik bedoel: de vreugde.
In de Bijbel staat wijn immers symbool voor vreugde.
Psalm 104 zingt over de prachtige schepping, over heerlijk voedsel en ook over “wijn” die het mensenhart deugd doet.
Maar in ieder huwelijk, in ieder gezin, zijn er momenten dat de wijn, de vreugde, opraakt. Bent u, of kent u, een gezin waarin alleen maar vreugde en voorspoed bestaat? Waar er geen tegenslag voorkomt in je financiële situatie, of in je gezondheid.
Bent u, of kent u, een gezin waar man en vrouw in perfecte harmonie elkaar altijd begrijpen? Waar een generatiekloof niet eens bestaat? Precies. En juist daar waar het feest in het water valt, daar wil Jezus erbij zijn, uit sympathie, uit medelijden met mensen die het zo graag beter zouden willen.
Jezus de Redder is niet gekomen als een soort influencer in een zweem van succes en perfectie, nee. Hij voelt zich juist uitgenodigd op het feest van de tekortkoming.
Zijn eigen Kerk, die Hij heeft gebouwd op de rotsvaste maar toch ook wankelende Petrus, heeft de eeuwen door scheuren vertoond en zelfs diepe breuken.
De familie van de kerk was bepaald niet altijd een feest. We zijn altijd broeders en zusters geweest, jazeker, maar we woonden wat ver uit elkaar, we spraken elkaar soms veel te weinig. En dan betekent het minste misverstand al het risico om met elkaar te breken.
Zoals ongeveer duizend jaar geleden de breuk tussen de kerken van oost en west draaide om een klein woordje in de geloofsbelijdenis.
Of we waren juist zo heftig met elkaar in discussie dat we in het vuur van het betoog elkaars woorden en ook daden niet meer konden begrijpen, niet meer wilden begrijpen.
Dat gebeurde zo’n vijfhonderd jaar geleden bij de breuk in het westen.
En je kunt natuurlijk ook naar de familie van de christenen kijken met een blik van Paulus met zijn poëtische woorden uit de tweede lezing.
Hij beschrijft hoe ieder zijn eigen talent inbrengt: de een kan precies de goede woorden vinden, de ander steekt de handen uit naar noodlijdenden, een derde heeft een sterk geloof.
Niet iedereen hoeft in alles uit te blinken, maar iedereen kan de ander sterken, binnen de eigen kerk en ook over de grenzen van kerken heen.
Precies in zijn kerk waar de wijn van vreugde soms helemaal op is, precies daar wil Jezus zelf aanwezig zijn. Juist daar wil Hij zijn licht laten schijnen. Dat is dit jaar het thema van de Bidweek voor de Eenheid: LICHT IN HET DUISTER, een thema gekozen door de christenen uit het Midden Oosten.
Als kleine, kwetsbare gemeenschap leven zij in een regio waar spanningen en gewelddadige conflicten aan de orde van de dag zijn en waar eenheid vaak ver te zoeken is.
Meer dan ooit heeft het Midden Oosten een hemels licht nodig om de volken daar te leiden. De ster van Bethlehem is een teken dat God met zijn volk meegaat, hun pijn voelt, hun geschreeuw hoort en hen compassie betoont.
In deze Bidweek voor de Eenheid is het gebed van christenen wereldwijd: dat het licht van Christus mag doorbreken in een winterse, kille, donkere wereld. Dat het licht van de H. Geest alle kerken in zijn gloed en warmte mag zetten.
Vandaag bidden wij daarvoor heel bijzonder.
Een plek waar velen van ons dat hebben ervaren is Taizé. Een piepklein dorpje in de Franse Bourgogne, waar de gereformeerde theoloog Roger Schutz tijdens de Tweede Wereldoorlog onderdak bood aan vluchtelingen. En na de oorlog zette hij zich in voor de verzoening tussen volkeren die daarvoor met elkaar in oorlog waren.
Taizé groeide uit tot een van de weinige kloosters in de gereformeerde traditie, maar ook snel tot een plek waar jonge gelovigen van diverse kerken zich bijzonder welkom voelden.
Samen met de broeders van Taizé bidden jaarlijks tienduizenden mensen om vrede in de wereld, om verzoening tussen christenen en allereerst om vrede en verzoening in je eigen hart. Een pelgrimage van vertrouwen.
Met de liederen uit Taizé sluiten wij vandaag aan bij datzelfde gelovige verlangen. Je kunt maar een beetje doen, zou Frère Roger op dit moment zeggen met zijn zachte stem.
Maar dat beetje is kostbaar in Gods ogen. Het water dat Jezus aan dienaren vraagt, het is zo ongelooflijk alledaags, zo onvoorstelbaar gewoon.
Zoals vorige week door Johannes de Doper werd gezegd: ik sta hier maar te dopen met doodgewoon water. Maar in Gods ogen is dat gewone water in Kana kostbaar genoeg om te veranderen in de heerlijkste wijn. voorproefje van de hemelse bruiloft, waar Hijzelf onze bruidegom is. Op de weg daarheen wil Hij ons nu al leiden door over verschillen heen te kijken.
Door samen te bidden om dezelfde Heilige Geest. Door samen te spreken van het geloof dat wij met elkaar delen. We delen met elkaar het Credo, zeventien eeuwen geleden uitgesproken door alle christenen van toen, vandaag door ons samen.