In zijn eerste solotentoonstelling creëert fotograaf Tyler Mitchell een verbeelding van zwarte mensen die hij zelf te weinig ziet. Curator Imara Limon probeert dit te doen met vergeten verhalen in het Amsterdam Museum. Zo stuitte ze op twee zwarte verzetshelden.
Tekst: Maartje Krijnen & Thomas de Man
Jongens met ontbloot bovenlijf rennen door het gras. Het beeld is vertraagd, de muziek rustgevend. We liggen op een zitzak in fotografiemuseum Foam in Amsterdam en kijken omhoog naar videobeelden op het plafond. De lucht is blauw. In beeld verschijnt een jongen. Hij draagt een gestreepte gele blouse en likt aan een ijsje. Af en toe vallen spetters naar beneden. Hij kijkt tevreden op ons neer.
Droombeeld
Jongeren die onbezorgd genieten van het leven – fotograaf Tyler Mitchell noemt het een zwart utopia, zijn droombeeld. De 24-jarige Amerikaan probeert met de zorgeloosheid die zijn beelden oproepen het contrast te tonen met de dagelijkse werkelijkheid voor veel Afro-Amerikanen. Die is alles behalve zorgeloos en gemakkelijk.
In zijn tentoonstelling I Can Make You Feel Good probeert Tyler Mitchell ruimte te scheppen voor een verbeelding van zwarte jongeren die hij zelf mist. Een verbeelding van zoete kleuren, spelende jongens en liefdevolle blikken.
Vrolijke beelden van zwarte mensen zijn relatief onbekend terrein in de kunstgeschiedenis. Lange tijd waren het met name witte mensen, vroeger kolonisators, die zwarte mensen op een stereotiepe manier fotografeerden.
Tyler schreef geschiedenis door als eerste zwarte fotograaf de cover van het septembernummer van Vogue vast te leggen: een foto van Beyoncé, die dromerig in de camera kijkt. Sindsdien zit zijn carrière in een stroomversnelling.
"Wat mij vaak bezighoudt is dat witte mensen plezier kunnen hebben op een manier die niet lijkt weggelegd voor zwarte mensen." Tijdens een rondleiding door het museum vertelt Tyler hoe hij als kleine jongen foto’s zag langskomen van mooie witte modellen die plezier maken.
Zulke vrije, moeiteloze beelden zag hij niet van jongeren die net als hij waren. Kritiek op de verbeelding van zwarte mensen verpakt hij in foto’s die volgens hem laten zien hoe we zwarte jongeren meer moeten laten zien. Maar voor nu ervaart hij zijn droom nog als een black utopia.
Tyler Mitchell staat symbool voor een nieuwe generatie fotografen die uitsluitend online platformen, zoals Instagram, gebruiken om hun werk te verspreiden en om modellen te scouten.
Instagram first
Een tentoonstelling in een museum lijkt daarom een tikje achterhaald voor een jong en opkomend kunstenaar zoals hij. Tyler zegt dan ook met een glimlach dat hij geen idee had hoe zijn foto’s er op dit format uit zouden zien. "Ze zijn gemaakt voor Instagram, niet om aan de muur te hangen."
Het black utopia waar Tyler over spreekt, bracht ons op de vraag of er ook in Nederland een eenzijdige manier bestaat van het verbeelden van mensen van kleur. Om deze vraag te beantwoorden belden wij met Imara Limon. Zij werkt als curator in het Amsterdam Museum. In 2016 creëerde Imara de tentoonstelling Zwart Amsterdam. In deze expositie stonden zwarte rolmodellen centraal.
Tyler Mitchell creëert met zijn werk een optimistisch beeld van Afro-Amerikanen. Zie jij in Nederland een verandering ontstaan in de verbeelding van zwarte jongeren?
"De geschiedenis van Nederland is anders. De publieke discussie over de ongelijkheid tussen mensen met verschillende huidskleuren komt hier een stuk later op gang dan in de Verenigde Staten."
"Wat ik zie is dat er over de grens gekeken wordt naar afrofuturisme. Deze stroming creëert een utopische plek waar zwarte mensen niet meer onderdrukt worden, of nooit zijn geweest. Er wordt een samenleving neergezet waar de zwarte beleving centraal staat. Een mooi voorbeeld hiervan is de Amerikaanse film Black Panther (2018) waardoor afrofuturisme nu bij een groter publiek bekend is, ook in Nederland."
"Daarnaast zie ik nog iets anders. Aan de ene kant is er een beweging gaande die de pijnlijke en vaak onderbelichte geschiedenissen van niet witte mensen blootlegt. Maar er is ook verzet tegen het uitsluitend verbeelden van slachtofferschap. Veel mensen weten bijvoorbeeld niet dat er in Nederland in de jaren 1920 en 1930 actief verzet was tegen racisme en kolonisatie."
Hoe gaan Nederlandse musea om met inclusiviteit?
"Diversiteit staat in veel musea hoger op de agenda. De urgentie wordt gevoeld. Maar leidt dit tot verandering? Als ik spreek over inclusiviteit in musea hoor ik veel weerstand."
"Er bestaat een grote traditionele groep mensen in de museumwereld die moeite heeft met het inclusiever maken van tentoonstellingen. Zij hebben het gevoel alsof het oude erfgoed vervangen moet worden en dat zij geen invloed meer kunnen uitoefenen op wat er in het museum komt te hangen. Men stelt de vraag: ‘Wat verliezen we als we inclusiever worden?’ In plaats van het te zien als een verplichting of verrijking."
Wat probeer jij hiermee te doen in je rol als curator van het Amsterdam Museum?
"Onze collectie laat verhalen van de stad zien. En omdat Amsterdam - al heel lang - een stad is met veel culturen en allerlei mensen, is dat ook het beeld dat we graag willen laten zien. Dat hoeven niet altijd topstukken in traditionele zin te zijn. We vinden het belangrijker dat alle inwoners van de stad zich hierin kunnen herkennen."
"Momenteel zijn we in gesprek met een diverse groep mensen die meedenkt over de programmering. En daarnaast is de meest duurzame verandering om de organisatie van binnenuit diverser te maken. Daarom hebben we het wervingsbeleid veranderd en zijn we de vacatures anders gaan uitzetten."
"Verder organiseren we iedere maand een New Narratives Tour. We nodigen iemand uit die reflecteert op diverse werken die te zien zijn in het museum. Zo hadden we afgelopen maand Anush Avetisyan, een Armeense ondernemer die samen met vrouwen uit het stadsdeel Nieuw-West op zoek ging naar overeenkomsten tussen ondernemers in Amsterdam en Yerevan, de hoofdstad van Armenië."
Lukt het je een hernieuwd beeld van zwarte Nederlanders te laten zien?
"In 2017 heb ik op initiatief van The Black Archives met hen de tentoonstelling Zwart en Revolutionair gemaakt over Hermina en Otto Huiswoud. Niemand kende de geschiedenis van deze twee verzetsstrijders. Maar het is een belangrijk verhaal om te vertellen, want ze hebben een bijzondere strijd geleverd tegen racisme, klassenongelijkheid en kolonisatie."
Wat is er bijzonder aan het verhaal van Hermina en Otto Huiswoud?
"Hermine en Otto gingen van Suriname en Brits-Guyana naar New York. Ze maakten deel uit van een intellectuele verzetsbeweging in een tijd dat Suriname nog bezet was door Nederland. Hermine en Otto besloten zich na de Tweede Wereldoorlog te vestigen in Amsterdam om vanuit daar hun internationale strijd te voeren. Ze reisden met valse paspoorten, opereerden onder valse namen, en Otto heeft zelfs gevangen gezeten."
"Het laat zien dat Amsterdam veel meer was dan een plek waar migranten ontredderd aankwamen en zich vervolgens aanpasten aan een nieuwe cultuur. Dat is vaak het enige beeld dat we zien van migranten, gastarbeiders en vluchtelingen. Ook bewijst het dat er in die tijd ook heel bewust nagedacht werd over de klassenstrijd en racisme. Er bestonden internationale activistische netwerken, en onderdrukking werd niet acceptabel of vanzelfsprekend gevonden."
"Hun verhaal laat zien dat er naast de slavernijgeschiedenis - waar het slachtofferschap centraal staat – ook andere verhalen uit de zwarte geschiedenis in Nederlandse en Amsterdamse context zijn, zoals die van georganiseerd internationaal verzet."
Wat is de overeenkomst tussen het verhaal van zwarte verzetshelden en de kleurrijke foto’s van Tyler Mitchell?
"Door geschiedenissen als die van de Huiswouds te kennen krijgen we een veel rijker en gevarieerder beeld van zwarte mensen, net als Tyler Mitchell een ander beeld laat zien. En het is belangrijk dat mensen dit soort verhalen zien, lezen en horen."
De droomwereld van Tyler Mitchell is te zien tot en met 5 juni in fotografiemuseum Foam. En iedere maand nodigt het Amsterdam Museum een gastcurator uit om verhalen uit de collectie opnieuw invulling te geven.