De inspanningen van het ministerie van Volksgezondheid om de administratieve druk in de jeugdzorg te verminderen hebben na drie jaar nauwelijks iets opgeleverd. Dat blijkt uit het onderzoek van Pointer en FNV Zorg & Welzijn onder ruim 2700 jeugdzorgprofessionals. Doordat medewerkers in de jeugdzorg sinds de decentralisatie zoveel tijd kwijt zijn aan administratieve lasten overweegt driekwart met het werk te stoppen.  

Van de ondervraagde jeugdzorgmedewerkers gaf 98 procent aan dat de administratieve lasten in de jeugdzorg in de afgelopen jaren niet zijn afgenomen.   

Administratieve lasten verminderen

In opdracht van het ministerie van Volksgezondheid ging oud-minister Rita Verdonk eind 2018 aan de slag als speciaal adviseur (Ont)Regel de Zorg, met als opdracht de regeldruk binnen de jeugdzorg aan te pakken. Binnen één jaar moesten de administratieve lasten voor professionals en zorgaanbieders in de jeugdzorg merkbaar verminderd zijn. Maar uit de enquête blijkt een ander beeld.  

Slechts 2 procent van de jeugdzorgprofessionals ervaart drie jaar na de start van het programma (Ont)Regel de Zorg een merkbaar verminderde administratieve last. “Dit programma is symptoombestrijding gebleken”, zegt Maaike van der Aar, FNV-bestuurder jeugdzorg. “Het is echt onbegrijpelijk dat er zoveel tijd, aandacht, energie en geld naar zo’n programma gaat en dat bijna niemand merkt dat het geholpen heeft.” 

De administratieve lasten zijn voor veel medewerkers in de jeugdzorg een doorn in het oog. Sinds de decentralisatie van de jeugdzorg naar gemeenten in 2015 gaat te veel tijd op aan administratieve rompslomp en dat gaat volgens jeugdzorgmedewerkers ten koste van de zorg aan gezinnen.  

Versimpeling van het jeugdzorgstelsel

De frustratie onder jeugdprofessionals is inmiddels zo hoogopgelopen dat 76 procent van de medewerkers aangeeft weleens te overwegen om met het werk te stoppen vanwege de hoge administratielast. Ruim een derde van de jeugdprofessionals denkt er serieus over om de jeugdzorg te verlaten. Van der Aar: “Daar zijn we allemaal de dupe van, en zeker de kwetsbare jongeren. Dit toont maar weer eens aan dat er een drastische versimpeling van het jeugdzorgstelsel moet komen.” Naast administratielast worden ook de hoge werkdruk, complexe problematiek van gezinnen en onvrede over salaris vaak genoemd als redenen om de jeugdzorg te willen verlaten.  

Volgens Rita Verdonk is haar taak als speciaal adviseur in de afgelopen jaren ingewikkelder gebleken dan van tevoren gedacht. “Het is een heel weerbarstig proces.” De reden waarom medewerkers in de jeugdzorg de afgelopen jaren nog niets hebben gemerkt van haar inspanningen ligt volgens Verdonk aan de vele partijen die erbij betrokken zijn. “Ik ben de eerste die zegt: ‘schei eens uit met praten, laten we eens wat doen’. Maar dat kan ik niet alleen. Het gaat om belangen van gemeenten, belangen van zorgaanbieder, het gaat om geld.” Eind dit jaar loopt haar termijn als speciaal adviseur (Ont)Regel de Zorg af.  

Demissionair staatssecretaris Paul Blokhuis van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zegt te betreuren dat het merendeel van de medewerkers in de jeugdzorg nog onvoldoende merkt van de inspanningen om de administratielast te verminderen. In een schriftelijke reactie wijst hij op de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de gehele sector om dit probleem aan te pakken. “Regeldruk komt uit verschillende hoeken op de zorgprofessional af, vanuit de werkgever, gemeente, beroepsvereniging én het Rijk. Het is dus geen kwestie van zwaaien met een Haagse toverstaf en het is opgelost.”  

Pointer, zondag 19 september om 19 uur op NPO radio 1 en maandag 20 september om 22.20 uur bij KRO-NCRV op NPO 2.