In de volgende aflevering van De Verwondering is Monique van Strien te gast.

Monique van Strien is OK assistent, pedagoog en voorganger bij het Apostolisch Genootschap. Tijdens haar opleiding leerde ze op de Intensive Care een les die haar leven veranderde. Sindsdien doet ze haar uiterste best om te zorgen dat anderen zich door haar gezien voelen.

Met Artsen zonder vakantie gaat ze al jaren naar Oost-Congo. Ook daar telt voor haar het zien van de mensen het zwaarst. Ze ziet hoe in ellende alles verdwijnt: ‘Er is daar geen licht, als (para)medicus bén je het licht.’ Ze heeft er veel geleerd, hoeveel mensen kunnen verdragen maar ook hoe de menselijkheid verdwijnt: cassé, c’est ça (kapot, dat is het dan): het zijn daar gevleugelde woorden.

 

De verwondering
De verwondering

Voor Monique van Strien is geloof een vastberaden vermoeden wat bevestigd wordt in kleine momenten die oplichten. Ze kan de wereld niet redden, ze kan Congo niet redden, maar ze wil binnen dat onvermogen wel iets betekenen als ze zich verbindt in ecologie, in samenleven, en in de weigering te geloven dat het niet goed komt.

Bekijk hier De Verwondering met Monique van Strien 

De inspiratietekst van Monique van Strien

Ik wist dat ik mijn mond moest houden

als ik werkelijk iets te zeggen had

ik wist dat ik mezelf niet zo vertrouwde

en overschreeuwde dat

Ik wist ik moet mijn ogen sluiten

als ik werkelijk iets wil zien

Ik wist ik kijk teveel naar buiten

het zit natuurlijk binnenin

Ik dacht de hongersnood in Afrika

als die maar eenmaal is gestild

Ik dacht de kernwapens de wereld uit

te politiek veel te gewild

Ik dacht we moeten eerlijk delen

ieder het zijne dus de helft

ik dacht als iedereen volmaakt is

begin ik aan mezelf

Ik dacht ik haal het uit de boeken

Ik dacht ik vecht me vrij

ik dacht dat ik het ver moest zoeken

het ligt natuurlijk heel dichtbij

Ik dacht ik moet mijn vuisten ballen

iemand zei open je hand

ik was bang om door de mand te vallen

iemand zei er is geen mand

- uit De Mars, Freek de Jonge