Witte eieren: ze staan vaak onderaan in het schap van de supermarkt. Verdienen ze geen betere plek? Qua smaak is er geen verschil, maar toch kiezen we in veel gevallen voor de bruine variant. Waarom is dat? De Keuringsdienst zoekt het uit.
Hoe krijgt een ei zijn kleur?
Het geheim van de kleur van een ei zit hem in de kleur van de kip die hem legt. Daarbij gaat het niet om te kleur van de veren van de kip, maar om de kleur van haar oorlelletje. Een kip met een rood lelletje legt een bruin ei en de kippen met een wit lelletje leggen witte eieren.
Buiten de kleur verschillen de eieren kwalitatief niet van elkaar. In de supermarkt, het eindstation van het ei, merk je pas een duidelijk verschil: een wit ei is veel voordeliger dan een bruin ei. Soms bijna wel de helft goedkoper.
Het slechte imago van het witte ei
In de vorige eeuw werd een wit ei vaak geassocieerd met de legbatterij. Een legbatterij was een goedkope manier van kippen houden en eieren produceren. Voor de kippen was het alleen geen fijne manier van leven, waardoor het witte ei een steeds slechter imago kreeg.
Nederlanders stapten massaal over op scharreleieren en die waren vaak bruin. In 2012 werd in de Europese Unie het houden van de legbatterij verboden en was er bijna niemand meer die ook nog maar een doos witte eieren kocht.
Zijn witte eieren duurzamer?
Ondanks dat in 2012 de legbatterij aan banden werd gelegd, is de reputatie van het witte ei nooit in ere hersteld. Gek, want een wit ei heeft nog best wat voordelen. Een witte kip (een kip met een witte oorlel) heeft namelijk minder voer nodig om een ei te produceren. Minder voer betekent minder grondstoffen en minder grondstoffen maakt het duurzamer.
Witte eieren zijn niet alleen goed voor het milieu, maar ook efficiënter te maken. Hier wordt jouw portemonnee dus ook weer blij van. Welke kleur eieren koop jij als je de volgende keer op een brakke zondag naar de supermarkt wandelt?