Vorig jaar besloot theoloog Peter Nissen zijn verbondenheid met de benedictijnen ook formeel te bevestigen.
‘51 jaar geleden kwam ik als middelbare scholier voor het eerst in een abdij van benedictijnen. Sindsdien voel ik mij geïnspireerd door de spiritualiteit van de Regel van Benedictus en probeer ik vanuit die spiritualiteit te leven. Vorig jaar heb ik besloten dat dan eindelijk ook maar eens vorm te geven door me als oblaat te verbinden aan een abdij. Dat is de Sint-Willibrordsabdij in Doetinchem. Je zou een oblaat een 'buitenlid' van de abdij kunnen noemen: iemand die buiten het klooster probeert te leven vanuit de waarden van de kloosterregel en die, onder meer in het getijdengebed, op afstand met de kloostergemeenschap meeleeft.’
‘De liturgie vormt het hart van het gemeenschapsleven.’
De orde van de benedictijnen is een vijftien eeuwen oude monastieke orde, waarin het als gemeenschap vieren van de liturgie centraal staat. De liturgie vormt het hart van het gemeenschapsleven: de lofprijzing van God. Dat trekt mij aan. Het benedictijnse ideaal is kort in een ABC weer te geven: de A van aandachtig leven, de B van broederlijkheid/zusterlijkheid en de C van christocentrisme, gerichtheid op Christus.
‘Maak ruimte voor de ander en de Ander.
Probeer met aandacht te leven: aandacht voor de mensen om je heen, aandacht voor de natuur, aandacht voor de gewone en alledaagse dingen van het leven. Zoek naar een zekere regelmaat in je leven. En wees je bewust van je eigen kwetsbaarheid, zodat je ook de kwetsbaarheid van anderen kunt omarmen. Wees bereid om iets van je dikke ik in te leveren, zodat er ruimte komt voor de ander en de Ander.