"Deze drie vrouwen zijn enorm belangrijk geweest voor de astronomie, maar kregen die waardering niet tijdens hun leven", vertelt de Britse Joanna Dunkley, astrofysicus en hoogleraar natuurkunde aan de Princeton University. Tijd om deze wetenschappers een podium te bieden! Wie zijn Henrietta Swan Leavitt, Cecilia Payne-Gaposchkin en Vera Rubin? En waarom moeten we ze wél kennen?
Een brein waar je u tegen zegt
Heb je ooit de documentaire 'The World of Thinking' gezien? Een echte aanrader als je een uurtje mee wil lopen met de meest slimme mensen van de wereld. Denken, denken, denken. Dat is wat ze doen. En heel af en toe - als alles meezit, komt er een antwoord op dat lastige, complexe vraagstuk. Precies dat hebben deze drie vrouwen voor elkaar weten te boksen. "Zij hebben een andere kijk op het heelal gecreëerd", zegt Joanna Dunkley in een video van BBC Ideas.
Henrietta Swan Leavitt
We beginnen bij Henrietta Swan Leavitt, die lid was van de groep 'Harvard computers', een team van mega-slimme vrouwen die zich bezighielden met het verzamelen van data in de astronomie. Simpel uitgelegd: ze kregen de opdracht om het raadsel rondom de sterren in het heelal op te lossen. Zo werden ze uitgedaagd om sterren in categorieën te verdelen, bijvoorbeeld door de helderheid, positie en kleur van sterren te meten. Een ingewikkelde klus, kan je wel stellen.
De 'Harvard computers', onder leiding van Edward Charles Pickering - die veel prijzen op zijn naam heeft staan - kwamen met baanbrekende onderzoeken. Met een glansrol voor Henrietta Swan Leavitt, die de opdracht kreeg om sterren te analyseren op helderheid. Ze vergeleek sterren met verschillende belichtingen. En met die uitkomsten had ze beet: zo kwam ze erachter dat de helderheid afhankelijk was van hun periode. Die ontdekking was een grote binnen de astronomie en werd belangrijk voor het inschatten van kosmische afstanden. Side note: in die tijd mochten vrouwen de telescopen niet bedienen. Dat was nou eenmaal voor de man bedoeld...
Cecilia Payne-Gaposchkin
We blijven in de Harvard-gemeenschap. Want ook daar werd een nieuwe, belangrijke ontdekking gedaan. Je raadt het al… Door niemand minder dan Cecilia Payne-Gaposchkin.
Haar ontdekking? Sterren zijn voornamelijk gemaakt van waterstof en heliumgas. Je zou kunnen denken: joh, dat is toch logisch… Nou in 1920, toen ze met deze informatie naar buiten kwam, dacht men dat een ster van dezelfde elementen is gemaakt als de aarde. Niet dus. Of iedereen stond te juichen bij deze ontdekking? Nee. Sterker nog: de beroemde astronoom Henry Norris Russel adviseerde haar deze bevinding uit haar onderzoek te halen. Het ging in tegen de huidige wijsheid, was zijn conclusie.
"Vier jaar later werd de bewering als feitelijk juist bestempeld", vertelt Joanna Dunkley in het filmpje van BBC Ideas. Cecilia was niet meer te stoppen en werd vervolgens de eerste vrouwelijke directeur Astronomie van Harvards University. Zou Henry Norris Russel haar hebben gefeliciteerd?
Vera Rubin
En last but not least: Vera Rubin. Over een doorzetter gesproken… Rubin studeerde vooral 's avonds omdat ze overdag moest zorgen voor haar kinderen, vertelt Joanna Dunkley. Maar het lukte haar en ze studeerde af aan de Georgetown University.
Ze wilde aantonen hoe sterrenstelsels bewegen. En dat lukte, met verrassende resultaten tot gevolg. "Alle melkwegstelsels waar ze naar keek, draaiden snel, alsof iets massaler maar volkomen onzichtbaar ze bij elkaar hield", vertelt Joanna Dunkley. "Rubin toonde aan dat elk sterrenstelsel omgeven is door een enorme ruimte van onzichtbare donkere materie." Wat dat precies is? Vijftig jaar later tast de wetenschap nog steeds letterlijk en figuurlijk in het duister…
"Deze vrouwen hebben grote, belangrijke ontdekkingen gedaan voor de astronomie", besluit Joanna Dunkley haar verhaal. “En ondanks het feit dat ze tijdens hun leven weinig waardering hebben gekregen, inspireren ze nu vrouwen van over de hele wereld."