In de Arnhemse barbershop vindt Djano (43) meer dan vakmanschap. Hij vindt broederschap, ritme en vooral zichzelf. Onder het toeziend oog van eigenaar Toon (27) is hij sinds kort een volwaardig barber geworden. Nog niet zo lang geleden verdiende hij zijn geld nog op straat, maar de plek van Italiaans bier en baardolie, werd boven verwachting het beste keerpunt in zijn leven.

Binnen in de shop zoemt het van de drukte. Getatoeëerde mannen buigen zich geconcentreerd over hun klanten, alleen mannen, zoals altijd. Djano valt op. Zijn gezicht bedekt met tattoos, piercings en gouden tanden. 'Dat was vroeger mijn manier om mensen op afstand te houden. Dan hoefde ik tenminste met niemand te praten.' 

Snel geld, maar chronische onrust  

Djano groeit op in de Molukse wijk van Arnhem, waar boosheid en verdriet vaak de boventoon voeren. Moluks wrok, zou je het kunnen noemen. In zijn jongere jaren houdt hij van animefilms, tekenen, wordt hij verliefd op meisjes met blauwgeverfde haren en probeert hij indruk op hen te maken met zijn skateboardtrucjes. Hij draagt zelden alleen zwart, want alles moet vooral kleurrijk zijn. Toch kiest hij al snel voor een pad dat voor hem logisch lijkt, maar heel donker blijkt: het straatleven. Zijn dagen worden een spel van overleven, waarin hij steeds meer van zijn creatieve zelf af komt te staan. Snel geld, maar chronische onrust. 

 

‘Wat wil je later worden?’ 

'Ik verdiende wel geld op straat, maar toen vroeg ik aan mijn zoontje: 'Wat wil je later worden?' En zei hii: ‘Ik wil politieman worden.’ Dat was precies het tegenovergestelde van wat ik deed.” Een zaadje wordt geplant als Djano in de wijk zijn neef ziet knippen in de achtertuin. 'Toen dacht ik: mijn zoontje moet tegen me op kunnen kijken. Dus ben ik naar Toon gegaan. Godzijdank zei hij ‘ja’.'

Toon(27), de jonge eigenaar van barbershop zocht toevallig een leerlingbarber. 'Hij had zo’n goede energie om zich heen hangen en hij wilde heel graag. Dat merkte ik wel gelijk.' Hij geeft hem een kans waar anderen die allang niet meer gaven. Djano pakte hem met beide handen aan. Het is geen rechtlijnige groei, maar wel één die hij dankzij steun heeft kunnen volbrengen. 'Ik weet nog wel dat Toon mij een verjaardagscadeau gaf. Ik pakte het uit en ik kreeg tranen in mijn ogen. Het was een scheerapparaat. In de kleur paars. Mijn lievelingskleur! Toen dacht ik: ‘deze jongen gelooft echt in mij.’ Daarom wil ik ook mijn best blijven doen.' 

'Toen dacht ik: deze jongen gelooft echt in mij'

Discipline in plaats van diepvriespizza

 Die klik tussen de twee is geen toeval. Toon herkent delen van zichzelf in Djano. Ook hij was ooit zoekende. Knippen begon in de achtertuin, voor een tientje per klant. 'Genoeg voor ovenpizza en wiet en dan vond ik het wel weer best.' 

Zijn moeder was radeloos en betaalde een barbercursus voor hem. Zo kwam hij bij een sollicitatie met Tim terecht, die hem discipline leerde. 'Tim was streng. Maar dat had ik nodig. Die lijn probeer ik nu door te geven aan mijn jongens.' Toen Djano binnenstapte, wist Toon meteen: Zo’n jongen zoek ik.’ Hij voelde dat hij iets kon betekenen, zoals Tim dat ooit voor hem deed.

Meer dan een werkplek 

De barbershop werd meer dan een werkplek. Het is een thuis. Een plek waar Toon nooit met tegenzin naartoe gaat en waar Djano zichzelf mag zijn, én worden. 'Ik blow niet meer overdag. Ik leef gezonder. Alles is erop vooruitgegaan. Deze plek betekent echt heel veel voor mij.' En die betekenis is voor iedereen zichtbaar. Tussen de lijnen van zijn getatoeëerde verleden staat nu een knipschaar, als eerbetoon voor wie hij is geworden.  

Djano’s werkagenda wordt steeds voller. Toon kijkt trots toe. ‘Zijn ouders kijken nu naar hem zoals mijn ouders ooit naar mij keken, toen het een ‘soort van gelukt was’. Dat vind ik het mooiste dat ik dát kan doorgeven.’

Meer inspiratie?

Schrijf je dan in voor de KRO-NCRV inspiratienieuwsbrief

Kim-Lian van der Meij