Het zit in soep, saus, chips en ook in kant-en-klaarmaaltijden. Bijna alles wat hartig is, dankt zijn smaak aan de smaakversterker E621 (MSG). Maar is alles echt koek en ei? Er circuleren verhalen over mogelijke bijwerkingen. Zorgt MSG echt voor kopzorgen, of moeten we dit hardnekkige gerucht met een korreltje zout nemen?

Ben jij bekend met de smaakversterker E621 (MSG)
Choices

Mononatriumglutamaat

Mononatriumglutamaat (E621) is afgeleid van een aminozuur genaamd glutaminezuur en wordt veelal gebruikt als smaakversterker in voedingsmiddelen. Glutaminezuur heeft een E-nummer. Dat betekent dat de Europese autoriteit voor voedselveiligheid het gebruik van de smaakversterker veilig acht.

Maar mononatriumglutamaat komt ook veel in de natuur voor. Je kunt het onder andere vinden in tomaten, kaas, vlees, vis en aardappelen. Maar wat maakt deze smaakversterker toch zo immens populair?

Ve-tsin

MSG, in het Nederlands afgekort als MNG (mononatriumglutamaat) heeft een hartige ‘umamismaak’ en wordt toegevoegd aan producten als chips, sauzen en kant-en-klaarmaaltijden om de hartige smaak te versterken. De fastfoodindustrie is er om dezelfde reden ook erg dol op.

Ook in de Aziatische keuken is de smaakversterker te vinden, maar dan onder de naam ve-tsin. Het stofje ziet eruit als zout en wordt daar toegevoegd aan onder andere soepen en vlees en andere gerechten. Door het gebruik van MNG heb je minder zout nodig om dezelfde hartige smaak te creëren. Maar moeten we ons zorgen maken?

Hoeveel MNG krijg je echt binnen?

Ondanks dat MNG als smaakversterker aan voedingswaren wordt toegevoegd, maakt dit de stof niet meteen onnatuurlijk. In heel veel eten, en zelfs in ons lichaam, is dit aminozuur van nature aanwezig.

Verrassend genoeg is de dosis toegevoegde glutamaat die we via bewerkte voedingsmiddelen binnenkrijgen, meestal minder dan wat van nature in onze voeding aanwezig is. Maar waarom voegen fabrikanten deze smaakversterker toe als het al van nature in producten zit?

Versnelde umami-smaak

Als je zelf bouillon maakt en deze lang laat trekken, komt er mononatriumglutamaat vrij. Die geeft de kenmerkende umami-smaak aan de bouillon. Fabrikanten van soepen hebben deze tijd niet, en voegen daarom E621 toe als smaakversterker. Zo kunnen ze versneld soep maken en toch de geliefde umami-smaak in de voorverpakte soep krijgen. Toegevoegd of van nature; voor ons lichaam maakt het geen verschil.

Gevaarlijk?

Toch gaan er allerlei verhalen in rond over MNG. Het zou gevaarlijk kunnen zijn. Je kan er hoofdpijn, duizeligheid, hartkloppingen en buikpijn van krijgen. De smaakversterker zou in het voedsel gedaan worden zodat we moeilijk kunnen stoppen met eten. Vergelijkbaar met een tabaksfabrikant die rokers verslaafd houdt door nicotine.

Fabrikanten van levenswaren willen vanwege deze wilde verhalen liever niet glutamaat of het E621 op het etiket zetten. Ze voegen daarom ingrediënten toe die van nature een hoog glutamaat gehalte bevatten, zoals zeewier of gistextract.

Bewijs ontbreekt

Bewijs voor de gezondheidsclaims is er echter nauwelijks. De afgelopen jaren is er meermaals onderzoek gedaan naar mononatriumglutamaat. Daaruit blijkt dat er, tot nu toe, geen schadelijke effecten op de langere termijn optreden. Wel kunnen mensen overgevoelig zijn voor de stof. In dat geval is het verstandig om niet te veel producten met MNG te eten.

Dat betekent niet dat producten met toegevoegde MNG gezond zijn. Het wordt namelijk vaak aan producten toegevoegd die van nature al ongezond zijn. Het is dus belangrijker om te kijken in welk product het stofje zit dan of het stofje erin zit. De smaakversterker kan veel, maar maakt helaas niet je zak chips in één klap gezonder.

Meer weten over eten?

Schrijf je in voor de Eerlijker eten nieuwsbrief

Keuringsdienst van waarde - Cellulose - Sosha